(Hippophae rhamnoides)
Duindoorn siert ons kale zanderige duinlandschap, met de doornige grijsgroene struiken en fel- oranje bessen. Ze is taai en oogt dor, maar ze geeft ons uithoudingsvermogen en weerstand.
De duindoorn geeft haar zonnige bessen-pracht niet zo maar prijs, want ze beschermt haar vruchten met lange doorns. En wie een besje te pakken heeft komt kwa smaak van een koude kermis thuis want dit is een wrang smakende bes, dus je mond trekt samen…
Als er genoeg zand is blijven liggen aan de kustlijn en er vormen zich duinen, dan is duindoorn de eerste die daar aanslaat. Aan de zonnige kant ontkiemen dan de zaden die door de wind meegenomen zijn of door de vogels verplaatst. Eenmaal een plant geworden kan duindoorn zich via de wortels makkelijk verspreiden. De wortels gaan heel diep maar ook breed, en zo ontwikkelt zich al snel een gebied met jonge duindoornstruiken die er zo voor zorgen dat de duinen op hun plaats blijven. De bessen bevatten zeer veel vitamine C om onze weerstand komt versterken en goed de winter door te komen. De bessen laten zich dus zeer lastig plukken en verwerken maar er zijn ook allerlei kant en klare producten verkrijgbaar voor wie de uitdaging te groot is of voor wie de struiken niet in de buurt heeft groeien. Er bestaat een fantastisch weerstands-elixer van Weleda, en er zijn siropen, jams, dressings en likeuren te koop.
Naamgeving
De naam is een samentrekking van het Griekse hippo (paard) en phaes (lichtend- zien). Het verhaal gaat dat men in Mongolië oogziektes bij paarden behandelde met duindoorn; dat zou dan de oorsprong van de naam verklaren. Maar het kan ook zijn dat het afstamt van het gebruik om de vacht van paarden te laten glanzen met gebruik van duindoorn, duindoorn bevat veel olie.
Het tweede deel van de naam, rhamnoides, betekent stekelig of doornig. De struiken kunnen wel vier meter hoog worden nadat ze goed zijn aanslagen met hun krachtig wortelgestel. Licht en lucht heeft hij nodig!
Duindoornstruiken zijn tweehuizig, er zijn dus mannelijke en vrouwelijke struiken. De bloei is tussen maart en mei, met onopvallende bloemen die veel bijen aantrekken. Bessen groeien daarna aan de vrouwelijke planten. Vogels zijn er dol op: op een gegeven moment zie je zelfs zwalkende
vogels vliegen….Want in de winter gaan de bessen gisten waardoor er alcohol ontstaat…dronken vogels…
In het Engels is de naam sea buckthorn, verwijzend naar vlakbij de zee groeiend. Duits: sanddorn, verwijzend naar de zandgronden. In het Deens noemt men het havtorn, letterlijk zee-doorn. Portugal noemt het espinheiro-mar, (espina = doorn, mar = zee) en dan is er ineens het Franse charmante “l’argousier”…
Werking:
-versterkt de afweer -vitaliserend -samentrekkend -verkoelend
Toepassing
-griepklachten -infectieziekten -diarree
-droge huid
Mensbeeld passend bij duindoorn: de pionier
Planten, bomen en struiken hebben bijpassende mensbeelden, de lieflijke roos, de taaie jeneverbes. Met eigenschappen, behoeftes en ook een boodschap voor de mens. Duindoorn is een pionier: pioniers zijn mensen die hun weg alleen afleggen, en duindoorn doet hetzelfde. Alleen zijn of een voortrekkersrol spelen, dat is passend. Meestal kom je niet veel mensen tegen op die weg, maar je weet dat dit voor jou de juiste weg is. Zoals de duindoorn, die als eerste landt in een droog, kaal landschap. Taaie doorzetters, die niet bang zijn om het eens met minder te moeten doen, ze houden het wel uit. Weinig voeding en water nodig. Zijn deze mensen vermoeid geraakt, dan komt duindoorn helpen om de oerkracht terug te vinden. Licht en lucht, dat heeft hij nodig.
Astrologie en de vier temperamenten:
Astrologisch gezien is duindoorn vergelijkbaar met de planeet Mars. Mars, onze energie-planeet, geeft werklust en actie en leert ons om dingen alleen te doen en voor onszelf op te komen.Vergelijkbaar met de duindoorn zien we de in Mars dan de cholerische vuurkracht,
de pionier, de vitalisering, de stekels en de afweer. Er zijn ook invloeden van Saturnus merkbaar, Saturnus voor het doorzettingsvermogen, de taaiheid en de schrale grond…
De taaie, magere, misschien soms vermoeide pionier, maar ook het type heethoofd dus, waarvoor het duindoorn-sap verkoelend werkt…
De vier temperamenten-leer is een oud systeem dat in de antroposofie veel gebruikt wordt en zijn oorsprong vindt in de Griekse oudheid. Hippocrates, de grondlegger van de Westerse geneeskunde hanteerde deze temperamenten-leer en was er van overtuigd dat ziekte en gezondheid alles te maken had met de balans tussen de vier lichaamssappen, behorend bij de vier elementen. Het is een enorm uitgebreid systeem, maar hier volgen in het kort de basisprincipes:
Cholerisch = vuur, warm en droog, gele gal (de idealist) Melancholisch= aarde, koud en droog, zwarte gal (de hedonist) Sanguinisch= lucht, warm en vochtig, bloed ( de rationalist) Melancholisch= water, koud en vochtig, slijm (de traditionalist)
Duindoorn past bij het cholerische type, dat boosheid als onbalans heeft. Snel gepikeerd, maar aanpakken en strijden zijn die eigenschappen die hem vooruit helpen. Ook het type pionier past hier natuurlijk bij, en is deze mens uitgeblust, dan rakelt duindoorn de vuurkracht weer op, ditmaal in de juiste proportie.
Huidverzorging en elixer Weleda
Uit de zaden en de bessen van de duindoorn wordt een olie gewonnen die gebruikt wordt om natuurlijke verzorgingsproducten én versterkend elixer van te maken: de duindoorn-lijn van Weleda. De duindoorn-olie bevat veel vitamine E, onverzadigde vetzuren, carotenoïden en etherische olie. Dit is voeding voor de huid. Werkt vooral vitaliserend maar het beschermt ook tegen de weersomstandigheden waar de duindoorn van houdt: wind, droogte en zon. De tanige huid gaat weer glanzen….
Recept
Duindoorn-gelei
(voor drie a vier potjes)
Ik zei het al, wie dit wil maken moet doorzettingsvermogen en geduld hebben. Het is een heel gedoe, maar dan heb je ook wat. Niet iedereen is dol op de specifieke smaak, maar je hebt wel een vitamine C-bommetje te pakken met deze bessen.
Wil je geen suiker gebruiken, kook dan een kleine hoeveelheid bessen in wat water, en zeef het. Minder lang houdbaar, maar effectief als stootkuur.
Plukken: neem handschoenen en een snoeischaar mee. Dit kan vanaf september/oktober tot eind van de winter (vóórdat ze gaan gisten) en dat zal in de duinen moeten zijn of een gebied met kalkrijke zandgrond. Zoek een gebied waar veel struiken staan, bijvoorbeeld bij Castricum, maar op de zandgronden van de Veluwe kun je ze ook wel vinden. Niet in de bossen. Knip de bessen met tak en al, want de besjes zó van de tak lostrekken gaat niet, je knijpt ze vaak direct tot moes. (Soms heb je geluk en zijn de bessen hard, dan kun je met de hand plukken!) Knip takken af van 20 a 30 cm, diegene met flinke trossen mooie bessen eraan. Geen schuldgevoel, het groeit zeer snel en makkelijk weer aan maar laat genoeg hangen voor de vogels. Leg de takken thuis in een plastic zak in de diepvries. Haal de bessen van de takken als ze bevroren zijn. Kijk hoeveel bessen je hebt, de ene keer is het meer dan de andere keer. Eventueel aanvullen met een appeltje als het te weinig lijkt.
Ingrediënten
- – 25 tot 30 takjes van de duindoorn (gebruik gewoon wat je plukte)
- – een pondspakje geleisuiker van Gilse (dit is halfzoet)
- – 1,1 liter water
- – sap van een citroen en de schillen erbij
- – verder: een jampan, nog een pan, een zeef of vergiet, stuk kaasdoek, aardappelstamper, pollepel,3-4 met soda schoongemaakte jampotten (of meerdere kleine jampotjes) maatbeker, soda om de potten schoon te maken, theedoeken, keukenpapier.
Werkwijze:
Doe de bessen in de pan met 1,1 liter water erbij. Lijkt het dan wat magertjes, voeg dan nog een geschild appeltje in stukjes toe. Pers de citroen uit en doe het sap ook in de pan.
Breng alles aan de kook en gebruik eventueel de aardappelstamper om de bessen fijn te stampen. Laat vijf minuten zachtjes pruttelen. Dan moet het gezeefd worden: leg een stuk kaasdoek in een vergiet die je op een pan hebt gezet. Giet de massa erin en duw met de pollepel al het vocht eruit. Als het afgekoeld is wring ik het ook nog uit door het kaasdoek te draaien. Er komt dan nog wel eens pulp doorheen, ook dat mag in de pan natuurlijk. Het is handig om het vocht nu te meten, het moet nog steeds 1,1 liter zijn. Als het te weinig is evt. water toevoegen of wat vruchtensap. Dan breng je deze pan opnieuw aan de kook met de suiker erbij. Als het kookt nog vijf minuten laten doorkoken.
Dan kun je het kokend heet in de brandschone jampotten gieten. Gelei is vaak wat dun, kan zijn dat het van je brood of cracker afloopt, dan gebruik je het eventueel in yoghurt. Je kunt er ook een dressing van maken met wat citroensap en olie. Aparte smaak! Duindoorn, onze eigen, inheemse vitamine C- bron. Visualiseer die heerlijke duinenrij, voel de zon, de wind, het zout, de frisse lucht en de ruimte, en denk aan de prachtige oranje bessen.
Wij kunnen het zelf en versterken onszelf, met de vuurkracht van de duindoorn.
Medische disclaimer: zie menu